Israël's aanval op het South Pars-gasveld in Zuid-Iran en de impact op de wereldwijde energiemarkt

Vanmorgen hoorde ik het nieuws dat Iran een deel van zijn gasproductie uit South Pars, het grootste gasveld ter wereld, heeft stopgezet.

Reden is dat er afgelopen zaterdag door een Israëlische luchtaanval brand uitbrak op het gasveld.

De aanval trekt aandacht omdat het de eerste keer is dat Israël Iraanse olie- en gasfaciliteiten aanvalt.

South Pars is een gasveld dat Iran en Qatar delen, dus deze aanval kan worden gezien als een significante escalatie van het conflict.

Afgelopen vrijdag stegen de internationale olieprijzen met 9% na nieuws over Israëlische aanvallen, hoewel Iraanse olie- en gasfaciliteiten toen nog niet direct het doelwit waren.

Deze luchtaanval begon toen Israël belangrijke commandanten, wetenschappers en nucleaire faciliteiten aanviel om te voorkomen dat Iran kernwapens ontwikkelt.

South Pars ligt offshore nabij Bushehr in Zuid-Iran en is verantwoordelijk voor het grootste deel van de Iraanse gasproductie.

Iran is de op drie na grootste gasproducent ter wereld, na de VS en Rusland, maar vanwege sancties exporteert het nauwelijks en wordt het grootste deel binnenlands gebruikt.

De brand brak uit in een van de vier eenheden van het gasveld en is inmiddels geblust.

Tasnim News meldde dat de brand een dagelijkse productieonderbreking van 12 miljoen kubieke meter gas veroorzaakte.

Ter referentie, Iran produceert jaarlijks ongeveer 275 miljard kubieke meter gas, wat ongeveer 6,5% van de wereldwijde gasproductie is.

Qatar noemt zijn deel van het gasveld 'North Field' en produceert jaarlijks 77 miljoen ton vloeibaar aardgas voor levering aan Europa en Azië.

Internationale energiebedrijven zoals ExxonMobil en Shell zijn betrokken bij de productie in Qatar.

Deze aanval zorgt niet alleen voor grote spanningen in de energievoorziening van het Midden-Oosten, maar zal waarschijnlijk ook de internationale energieprijzen blijven beïnvloeden.